vrijdag 27 november 2009

Woorden

Het nieuwe Centrum voor Jeugd en Gezin gaat werken volgens het linking pinconcept. Ik dacht even dat er een Chinese financier was gevonden voor de nieuwe organisatie. Maar uit de context kon ik opmaken dat het een bedrijfskundig principe betreft. Linking pin. Toen ik het op dezelfde bladzij voor de vierde keer tegenkwam, geloofde ik het niet meer. Ook al omdat de steller verzuimde uit te leggen wat de burgers ermee opschieten.

Waar komen de ambtelijk-bestuurlijke modewoorden vandaan? Waarom wordt het beleid uitgerold in plaats van ingevoerd? Wie bedacht dat je de zaken out of the box moet aanvliegen? Wat is er mis met de aloude originele benadering? Niet origineel natuurlijk.

Naast cliché’s heb je dure woorden. In de directiekamer van bureau BMC (of een ander organisatieadviesbureau) bedacht ooit iemand de bestuurskrachtmeting. ‘Wat een vondst, een bestuurskrachtmeting. Ha ha ha! Nog even vergaderen over een setje indicatoren en het is zo wetenschappelijk als quantummechanica. Ga jij vast een avondje oesters drinken met de jongens van vroeger, dan rollen we het hele concept in no time provinciebreed uit.’ Recent signaleerde ik de ‘versnellingskamer’ (zet ambtenaren en bestuurders van elkaar tegenwerkende overheden in één kamer, vergezeld van leuke nieuwe communicatiegadgets) en de pressurecooker-methode (ook zoiets, maar dan van een concurrerend bureau). Hartstikke nuttig natuurlijk, maar duur….. Ik ben ervan overtuigd dat er in Den Haag - want wij doen zulke dingen niet in Gouda, behalve dan die ‘foto’, maar dat terzijde – nog heel wat is te besparen met het nieuwe klerenconcept. Dat een klein jongetje keihard roept: ‘De keizer is piemelnaakt’.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten